Vabi Woonlastenmethodiek

Veel corporaties gaan of zijn al aan de slag met de betaalbaarheid van hun woningen. De energielasten zijn hierin een belangrijke component. Naast de huur zijn de energielasten immers één van de grootste maandelijkse woonlasten én een belangrijk sturingsmiddel voor corporaties. Het berekenen van de  toekomstige woonlasten wordt dan ook vaak gebruikt om investeringen bij energiebesparende maatregelen (deels) te kunnen doorberekenen aan huurders. De theoretisch berekende energieverbruiken uit een EPA-W labelberekening, die hier het meeste voor wordt gebruikt, komen vaak niet overeen met de werkelijkheid. Gevolg: u baseert de investeringsbeslissingen op ongegronde aannames en de huurder herkent zich niet in de voorgestelde besparingen. U heeft dus een betrouwbare rekenmethodiek nodig om de juiste (investerings)beslissingen te kunnen nemen.

Gebruikt u de labelmethodiek om het energieverbruik te voorspellen? 

Veel corporaties gebruiken de EPA-W labelmethodiek om het toekomstige energieverbruik van een huurder te voorspellen. Vaak rekenen zij dan een deel van de berekende besparing door als huurverhoging aan de huurder en geven garantie hierop af. De labelmethodiek is hier echter niet voor gemaakt. Het is bedoeld om de energetische kwaliteit van een gebouw op een objectieve manier vast te stellen zodat deze met een ander gebouw van hetzelfde type kan worden vergeleken. Het persoonsgebonden gebruik, zoals wasmachines, televisies en andere apparaten, wordt niet meegenomen in de berekening. Ook gaat de EPA-W methodiek uit van standaard omstandigheden, zoals dezelfde weeromstandigheden voor alle woningen in Nederland. Daarnaast wordt het aantal personen dat in een woning woont omgerekend op basis van het woningoppervlak, waardoor er met onlogische aantallen (2,3 personen) wordt gerekend. De  grootste tekortkoming van de EPA-methodiek voor dit doeleinde is misschien wel dat er altijd met een standaard binnentemperatuur van 18 graden wordt gerekend. Deze binnentemperatuur wijkt sterk af van de werkelijke temperatuur in de praktijk. Diverse onderzoeken hebben aangetoond dat de binnentemperatuur in slecht geïsoleerde woningen doorgaans lager is dan in goed geïsoleerde woningen.

De Vabi Woonlastenmethodiek geeft een beter beeld 

Vabi heeft een woonlastenmethodiek ontwikkeld die de bovengenoemde punten wél meeneemt in de berekening van het  energieverbruik. Allereerst neemt de methodiek het persoonsgebonden elektriciteitsverbruik mee. Onderzoek van het NIBUD heeft uitgewezen dat er een significante relatie is tussen het elektriciteitsverbruik en bewonerskenmerken zoals het aantal bewoners, het inkomen, de opleiding, het aantal en de leeftijdsklasse van de kinderen. Aan de hand van deze gegevens is met de NIBUD-relatie het elektriciteitsverbruik te voorspellen.

Ten tweede geeft de methodiek een inschatting van het energiegebruik voor ruimteverwarming door de gemiddelde woningtemperatuur op basis van de energetische kwaliteit van een woning in te schatten. Vabi heeft op basis intensief onderzoek een formule afgeleid tussen de gemiddelde woningtemperatuur en de energetische kwaliteit van de woning. Constateringen uit de onderzoeken van o.a. RIGO en ECN, zoals dat bewoners van energiezuinige woningen minder geneigd zijn om de thermostaat lager te zeten als ze de woning verlaten, of dat de temperatuur van een woning met een slechter energielabel sneller daalt, of dat er vaak maar 1 of 2 vertrekken verwarmd worden als er sprake is van lokale systemen, zijn in deze formule verwerkt.

Ook het waterverbruik, wat niet in de labelmethodiek wordt meegenomen, krijgt een plaats in de woonlastenmethodiek. De bewoners maken tenslotte maandelijkse kosten door watergebruik. Er wordt gebruik gemaakt van een eenvoudig model om het watergebruik in m3 op basis van de gezinsgrootte in beeld te brengen.

Gevalideerde methodiek

De woonlastenmethodiek is gevalideerd door TNO en blijft door continu onderzoek betrouwbaar en actueel. Hiermee krijgt u een veel nauwkeurigere en betere inschatting dan andere methodieken die gebruikt worden om energieverbruik in te schatten.

Wat kunt u met de woonlastenmethodiek?

  • Toon bij elke woning de toekomstige woonlasten voor een nieuwe huurder in uw woonruimtebemiddelingssysteem
  • Geef inzicht over totale woonlasten bij huidige huurders
  • Vergelijk de huidige en toekomstige woonlasten bij energiebesparende maatregelen
  • Krijg inzicht in de probleemgebieden op het gebied van energielasten in uw voorraad

Meer informatie

De woonlastenmethodiek wordt toegepast in de module “Energie & Woonlasten” van Vabi Assets Energie. Wilt u meer informatie over de woonlastenmethodiek of de module “Energie & Woonlasten? Vul dan onderstaand formulier in.